Nog steeds ligt de vriezer vol met bramen van de afgelopen zomer. Tijd dus voor weer een lekkere bramentaart. Deze keer wilde ik er één maken waarbij je de bramen bovenop zou zien liggen. Tijdens de vakantie in Frankrijk heb ik een overheerlijke bosbessentaart gegeten. Die bestond uit een bodem van Harde Wenerdeeg met daarop een laagje dat ik niet helemaal kon thuisbrengen, maar waar in ieder geval amandelspijs in zat. En als laatste bovenop flink wat bosbessen. Zo’n zelfde soort taart wilde ik nu maken met bramen.
Na even zoeken op internet vond ik bij Rudolph van Veen een taart waarbij hij een vulling maakte van banketbakkersroom en amandelspijs. Zo’n vulling leek me wel lekker. De taart was uiteindelijk echt overheerlijk. Zo heerlijk, dat ik het heb gepresteerd (en ik durf het bijna niet op te schrijven) om in één weekend de halve taart op te eten. Bas heeft samen met onze zoontjes en een collega van mij, de andere helft voor zijn rekening genomen. En toen de taart op was… vonden we dat helemaal niet leuk! We wilden meer!!!
Deze taart kan ik eten als ontbijt, tussendoortje, lunch en toetje! Zo lekker!
Bodem
100 gram witte basterdsuiker
200 gram roomboter
300 gram Zeeuwse bloem
½ ei
1 theelepel geraspte citroenschil
Mespunt zout
6 gram bakpoeder
Vulling
Amandelspijs
125 gram amandelen
125 gram suiker
Half ei, geklopt
Banketbakkersroom
1 vanillestokje
250ml melk
75 g suiker
2 eidooiers
1 el bloem
2 eetlepels bloem
Paneermeel
Topping
500 gram (diepvries)bramen
Begin met de amandelspijs. Dit kan zelfs al één tot twee dagen van tevoren. Doe daarvoor de amandelen en de suiker in een keukenmachine en maal ze met behulp van de pulseerstand helemaal fijn. Voeg dan beetje bij beetje wat ei toe. Stop ermee als de amandelspijs een samenhangend geheel is dat tot een bal gekneed kan worden.
Maak als tweede de banketbakkersroom. Halveer daarvoor het vanillestokje in de lengte en schraap het merg eruit. Breng in een pan de melk met het vanillemerg en de helft van de suiker aan de kook. Roer de eidooiers met de rest van de suiker los en roer de bloem erdoor. Schenk een scheutje warme melk over het eimengsel en roer het met een garde meteen goed door elkaar. Schenk dit mengsel terug in de pan bij de melk en roer ook nu alles meteen weer goed door elkaar. Breng de banketbakkersroom aan de kook en laat op laag vuur circa 3 minuten garen. Stort de banketbakkersroom dan uit op een, met koud water afgespoeld en niet afgedroogd, plat bord en bedek met plasticfolie of een velletje bakpapier. Dit voorkomt velvorming op de banketbakkersroom. Laat het goed afkoelen.
Terwijl de banketbakkersoom afkoelt kan het deeg voor de bodem worden gemaakt. Meng daarvoor de basterdsuiker, boter en citroenrasp met het ei en het zout. Als het één geheel is kan de Zeeuwse bloem met het bakpoeder erdoor. Even goed doorkneden en dan in plastic folie minstens een uur in de koelkast laten rusten.
Verwarm dan de oven voor op 190 graden. Vet een bakvorm van 28 cm doorsnede in met boter. Rol het deeg uit to een grote lap en bekleed hier de vorm mee. Strooi wat paneermeel op de bodem. Meng de banketbakkersroom met de amandelspijs en voeg de twee eetlepels bloem toe. Verdeel dit mengsel over de bodem en leg de bramen erbovenop. Plaats de taart in de oven en bak hem in ongeveer 40-45 minuten gaar en goudbruin.
Vandaag heb ik de bramentaart gemaakt. Wat een heerlijke taart is dat! Bij ons zeker voor herhaling vatbaar!
BeantwoordenVerwijderen