- Een vlaai heeft een bodem van gistdeeg of linzendeeg.
- Een vlaai heeft geen geribbelde, maar een gladde rand.
- Een vlaai heeft een vulling die meegebakken wordt. Bijvoorbeeld een fruit-, pudding of rijstvulling.
- Een vlaai wordt afgewerkt met kruimels, een raster, eiwitschuim of slagroom.
Daarom zat ik afgelopen week met kromme tenen op de bank bij het kijken naar Heel Holland Bakt. Mijn Limburgse haren gingen overeind staan van alle baksels die daar door moesten gaan voor vlaai. Ik zag weinig van het bovenstaande terug. Heel creatief, vast lekker, maar beslist geen Limburgse Vlaaien waren dat. En bleke bodems! Nee, zo ziet een vlaai er echt niet uit! Daarom voelde ik mij geroepen om iets te maken wat ook creatief en anders is, maar wel voldoet aan het bovenstaande. Deze vlaai dus. En neem maar van mij aan dat-ie lekker was!!
Bodem
250 gram bloem
15 gram verse gist of 3 gram gedroogde gist
1 dl lauwwarme melk
20 gram boter
1 ei
15 gram suiker
3 gram zout
Vulling
1000 gram kokosmelk
100 gram dessertrijst
135 gram suiker
Sap van 1 limoen
Rasp van een halve limoen
Snuf zout
Melk
2 eierdooiers
3 eiwitten
Topping
250 ml slagroom
25 gram suiker
Pulp van 4 passievruchten
Voor de bodem: Verwarm voor het deeg de melk en de gist totdat het lauwwarm is. Doe de bloem in een kom en maak een kuiltje in het midden. Doe hierin de rest van de ingrediënten, behalve het zout. Strooi dit op de bloem. Zout vermindert namelijk de werking van het gist. Voeg de melk toe aan de ingrediënten in het kuiltje en meng alles door elkaar. Neem steeds een beetje bloem mee totdat het een egale deegmassa is geworden. Kneed het deeg nog even door en laat het in de kom met een doek erover rijzen totdat het deeg in volume is verdubbeld.
Maak ondertussen de rijstpudding. Doe daarvoor de kokosmelk, rijst en suiker in een pan. Breng dit aan de kook en laat het vervolgens op laag vuur in 20 minuten gaar koken. Wel erbij blijven en af en toe roeren. Laat de pudding daarna afkoelen. Breng de rijstpudding op smaak met het limoensap en de snuf zout. De rijstpudding moet vloeibaar zijn. Meestal is de pap na het koken wat dik. Meng er daarom melk doorheen totdat het een dikvloeibare pap is. Meng daar de eierdooiers doorheen.
Klop in een schone, vetvrije kom de eiwitten stijf.
Na ongeveer 45 minuten is het deeg in volume verdubbeld. Rol het uit tot een lap. Vet een vlaaivorm van 28 cm doorsnede in met boter en bekleed de vorm met het deeg.
Verwarm de oven voor op 200 graden. Doe de helft van het eiwit door de rijstepap. Doe daarvan de helft in de vlaaivorm. Meng het overgebleven eiwit door de overbleven rijstepap en doe ook dit in de vlaaivorm. Bak de vlaai gaar in ongeveer 30-35 minuten. De vlaai mag nog wat wiebelig zijn in het midden. Hij zal wat rijzen tijdens het bakken, maar tijdens het afkoelen zakt hij weer in. Eenmaal afgekoeld kan de topping erop. Klop de slagroom stijf met de suiker. Verdeel de slagroom over de vlaai en verdeel daar de passievruchtenpulp over. Mmmm, heel lekker!!!
Reacties
Een reactie posten